Deze meerjarige plant wordt zo een 3 tot 4 jaar oud, de plant zaait zichzelf uit, dus we hoeven meestal geen nieuw exemplaar aan te planten. Het verkiest een plaatsje in de zon, maar ook halfschaduw wordt goed verdragen. De grond moet voldoende vochtig zijn, bij voorkeur een leemhoudende bodem.
Na de 1e bloei kunnen we de bloemen wegsnoeien om zo een 2e bloei te stimuleren. De geur van het blad ligt ergens tussen een citroen- en een muntgeur en is zeer aantrekkelijk voor katten, die aangetrokken worden door de plant.
Het blad kunnen we de hele zomer door oogsten, daarbij maakt het niet uit of de plant bloeit of niet. We kunnen het blad ook drogen voor gebruik in de winter.
We kunnen kattenkruid aanplanten in de groentetuin, daar lokken zijn paarse bloemen de bijen. Ook scheidt de plant bepaalde stoffen af die vlooien en aardluizen afschrikken.
Het blad wordt in kleine hoeveelheden toegevoegd aan salades.
Door zijn aantrekkingskracht op katten wordt het gedroogd vaak gebruikt als kattenspeelgoed.
De thee heeft een muntachtige smaak en kan gedronken worden bij verkoudheden. Kattenkruid heeft immers een koortsverlagende en zweetdrijvende werking. Ook bij spanningshoofdpijnen en moeilijk inslapen kan het drinken van kattenkruidthee verlichting bieden. Verder helpt kattenkruid bij spijsverteringsproblemen, krampen en een opgeblazen gevoel. Aan zuigelingen en kleine kinderen kan de thee in verdunde vorm gegeven worden.